De meeste papegaaien zijn kleurrijk, maar dit prachtige vogeltje is toch wel één van de indrukwekkendste soorten! De prachtrosella (Latijnse naam Platycercus eximius) uit Australië mag dan klein zijn, maar je kijkt er onmogelijk overheen.
Prachtrosella’s zijn populair als huisdieren, en niet alleen vanwege de mooie kleuren. Hieronder lees je alles wat je moet weten over deze papegaaitjes, waaronder waar ze vandaan komen, wat ze eten, en hoe je ze verzorgt.
Naam | Prachtrosella, Platycercus eximius |
Natuurlijk habitat | Licht beboste gebieden in (Zuid)Oost-Australië |
Grootte | 30cm lang, max. 100 gram |
Levensduur | 20-30 jaar |
Geluidsniveau | Laag (voor een papegaai) |
Deze post bevat affiliate links. Als je een aankoop doet, gaat een klein percentage rechtstreeks naar Psittacology zonder extra kosten voor jou. Bedankt voor je steun!
Prachtrosella: Uiterlijk
Zoals gezegd is de prachtrosella niet al te groot (maximaal 100 gram), maar wel erg mooi om te zien. De kop en borst zijn knalrood, de wangetjes wit, de buik en “broek” gelig-groen, de bovenste vleugelveren geel-groen met zwart, de rug groen, de onderkant van de vleugels blauw, en de staart blauw-groen.
Kun je het nog bijhouden? Om de zaken nog wat ingewikkelder te maken, zijn er drie ondersoorten. Elke ondersoort komt in een ander gebied voor en heeft een aantal unieke karakteristieken:
- Platycercus eximius eximius: de bovenste vleugelveren hebben een groene rand
- Platycercus eximius elecica: de bovenste vleugelveren hebben een gele rand
- Platycercus eximius diemenensis: de witte wangvlekken zijn groter
Jonge prachtrosella’s hebben minder felle kleuren en een gele (in plaats van witte) snavel. Dit verandert tijdens de eerste rui, die na 2-6 maanden plaatsvindt.
Er zijn overigens ook selectief gekweekte kleurvarianten van de prachtrosella verkrijgbaar. Rubino’s, die geen blauwe, groene of zwarte kleur hebben en dus compleet rood, geel en wit zijn, komen redelijk veel voor.
Hybride rosella’s
Vogels gaan kijken in Australië? Dan is er kans dat je vreemde prachtrosella’s ziet die niet overeenkomen met de foto’s in dit artikel. Het ligt niet aan je ogen: verschillende rosella’s van het geslacht Platycercus kunnen zich samen voortplanten, wat kan leiden tot hybrides in gebieden waar hun habitats overlappen.
De meest voorkomende hybride is prachtrosella × pennantrosella (P. elegans). Ook kun je prachtrosella × bleekkoprosella (P. adscitus) tegenkomen. Beiden zijn erg mooie vogeltjes met aparte en onvoorspelbare kleurcombinatie’s!
Is mijn prachtrosella een mannetje of vrouwtje?
Het is mogelijk om visueel het verschil tussen een mannelijke en vrouwelijke prachtrosella vast te stellen. Je moet dan wel wachten tot de vogel z’n eerste rui heeft gehad.
Hier moet je op letten:
- Vrouwelijke prachtrosella’s zijn kleurrijk, maar de kleuren zijn niet zo fel als bij de mannetjes.
- De meeste vrouwtjes hebben een witte streep op de onderkant van de vleugels.
- De kop en snavel van het mannetje zijn vaak wat groter. Dit geldt ook voor de witte wangvlekken.
Prachtrosella: Verspreiding & habitat
Verspreiding
De prachtrosella komt van nature voor in oostelijk en zuidoostelijk Australië, inclusief het nabijgelegen eiland Tasmanië. Hoewel deze soort eigenlijk niet in Nieuw-Zeeland thuishoort, zijn er ook in dit land meerdere populaties te vinden.
De aanwezigheid van de prachtrosella in Nieuw-Zeeland is het gevolg van twee factoren. Ten eerste kunnen volièrevogels ontsnappen (dit gebeurde bijvoorbeeld in Dunedin, waar 12 prachtrosella’s ontsnapten na een storm).
Daarnaast kunnen de rosella’s met opzet worden vrijgelaten. Dit gebeurde bijvoorbeeld in 1910, toen een lading van de vogels werd geweigerd door de douane in Nieuw-Zeeland.
Natuurlijk habitat
De prachtrosella houdt van licht beboste gebieden. Open bos, bosranden, groepjes Eucalyptusbomen, parken, landbouwgrond en dergelijke zijn ideaal. De soort is te vinden tot ongeveer 1.250m hoog en vooral in zones waar het veel regent of een waterbron te vinden is.
Wilde prachtrosella’s komen meestal voor in koppels of kleine groepjes, soms met andere papegaaien of rosellasoorten. Zoals de meeste papegaaien nestelt deze soort in holle bomen.
Bedreigingsniveau
De Rode Lijst beschouwt de prachtrosella als een “Least Concern”-soort. Deze rosella’s zijn wijdverspreid en de aantallen lijken toe te nemen. De reden dat dit papegaaitje het zo goed is ietwat ironisch: vernietiging van natuurlijk habitat.
De natuur wordt steeds meer vervangen door landbouw. Voor veel dieren is dit problematisch, maar een zaadeter zoals de prachtrosella vindt de toename van gewassen zoals maïs en graan natuurlijk helemaal niet erg.
Prachtrosella: Voeding
In het wild
Zoals de meeste papegaaien eten wilde prachtrosella’s graag zaadjes. Ze zijn vooral gek op de zaden van distels, al zeggen ze volgens onderzoekers ook geen nee tegen fruit, bessen, bloemen en bloemknoppen, en zelfs insecten.
Zolang als er mensen aanwezig zijn in Australië, wordt de prachtrosella (samen met andere rosellasoorten) al beschouwd als een plaagdier. Zoals gezegd zijn ze namelijk gek op landbouwgewassen, en ze kunnen ook flink schade toebrengen aan boomgaarden.
In gevangenschap
Het dieet van een wilde rosella is lekker gevarieerd, dus het is niet gek dat het belangrijk is om jouw prachtrosella in gevangenschap ook allerlei verschillende soorten voedsel aan te bieden.
Dierenartsen, waaronder Dr. Daisy May (de resident-dierenarts bij Psittacology) zijn het er over het algemeen over eens dat een korrelvoer van hoge kwaliteit (dus niet een zaadmix) het beste is voor onze gevederde vrienden.
Behalve dagelijkse porties korrels, is het belangrijk om je rosella dagelijks verse groenten zoals spinazie, wortel, paprika etc. te voeren. Je kunt ook een aantal keer per week fruit geven, bijvoorbeeld appel, banaan, of sinaasappel.
Naast deze basis kun je het dieet van je vogel verrijken met bijvoorbeeld (gekiemde) zaadjes, gekookte rijst of volkoren pasta, snoepjes (trosgierst, stukjes noot), en zelfs nu en dan een stukje gekookt ei. Je kunt ook buiten bepaalde soorten onkruid en bloemen plukken.
Een prachtrosella als huisdier
Prachtrosella’s zijn redelijk populair als huisdieren. Ze worden vooral veel in volières gehouden vanwege hun mooie kleur, al staan ze erom bekend territoriaal te zijn en niet goed overweg te kunnen met andere volièrevogels.
Een tamme rosella is een vrolijke, actieve, nieuwsgierige, sociale, en niet al te luidruchtige vogel. Daarom is deze soort dus óók voor binnen een goede keus. Ze zijn wat onafhankelijker dan veel andere papegaaien, maar de meeste rosella’s vinden het alsnog erg fijn om tijd door te brengen met hun menselijke familie.
Kooi
Hoe groter de kooi, hoe beter. Een minimale lengte van 1m geeft je prachtrosella de ruimte om z’n vleugels uit te slaan. Vanwege de veiligheid mogen de spijlen van de kooi niet meer dan 1.25cm uit elkaar staan.
Vul de kooi met natuurlijke zitstokken, een stevige etensbak, en één of meerdere waterbakken. Daarnaast is het belangrijk om veel fijne speeltjes voor kleine papegaaien in de kooi te zetten of hangen.
Verrijking
Omdat papegaaien erg intelligent zijn, vervelen ze zich ook snel. Dit kan leiden tot ongewenst gedrag zoals agressie of zelfs het uittrekken van de eigen veren. Gelukkig zijn er allerlei dingen die je kunt doen om je prachtrosella bezig te houden.
We hebben het al gehad over speeltjes. Andere opties zijn oa.:
- Veel tijd met je vogel doorbrengen: spelen, trainen, of ‘m gewoon lekker op je schouder laten zitten. Zet de kooi op een drukke plek in huis, zoals de huiskamer.
- Tijd uit de kooi: je rosella moet minstens een paar uur per dag vrij kunnen rondvliegen. Je kunt een vogelspeeltuin bovenop de kooi zetten als zitplek.
- Gezelschap: tenzij je vanuit huis werkt, is het beter om twee prachtrosella’s te nemen. Ze zijn erg sociaal en kunnen anders eenzaam worden.
- Foerageren: foerageerspeeltjes zorgen ervoor dat je rosella moet werken voor z’n eten, en dat vinden ze fijn. Ook een foerageerdoos kan een goed idee zijn.
Geluidsniveau & praten
Zoals al vermeld, zijn prachtrosella’s voor een papegaai niet al te luidruchtig. Hoewel alle papegaaien geluid maken, bestaat dit bij een rosella vooral uit fluitjes en piepjes in plaat van harde roepgeluiden. Ze zijn dan ook geschikt voor de meeste appartementen.
En wat betreft praten: ja, ze kunnen het leren! Prachtrosella’s zijn geen praatkampioenen onder de papegaaien, maar vaak leren ze toch de geluiden die ze in huis horen te imiteren. En met wat geduld kun je de jouwe zelfs wat woordjes of deuntjes aanleren.
Als je nog meer vragen hebt over de prachtrosella of als je je eigen ervaringen met dit spectaculair gekleurde papegaaitje wilt delen, laat dan hieronder een comment achter.
Bronnen
Parr, M., & Juniper, T. (2010). Parrots: a guide to parrots of the world. Bloomsbury Publishing.